De onvolprezen brandweer van Enschede heeft het moeilijk gehad in die betreffende week van mei 2000. Als ik me nog goed herinner was er een vrij grote brand bij een bedrijf voor tuinmeubelen bij de spoordijk (wijk Tubantia) in de nacht van 12 op 13 mei. Die zaterdag, de eerste tropische dag van het jaar, een strakblauwe hemel en om een uur of drie 's middags een uiterst merkwaardig geluid. Was het nu een f16, was het vuurwerk? Het bleek vuurwerk. Vanuit de stad waren de hoge donkere strepen nog duidelijk te zien van afgeschoten spullen, richting Deurningerstraat. Opvallend was de zeer heldere witte pluim hoog boven in de lucht. Na de grote ontploffing was weer zo'n witte pluim te zien, opvallend, nu veel groter, daaronder werd het zwart, het werd duister in dat gebied.
De brandweer had er al een vermoeiende nacht opzitten en nu bij deze hitte dit brandje blussen. Bijna niemand, inclusief ondergetekende, wist dat hier vuurwerk lag opgeslagen, laat staan 160 ton.
Brandend vuurwerk moet op een speciale wijze geblust worden en niet met grote hoeveelheden water. Onze brandweerlieden blusten zichzelf de dood in door gebrekkige regelgeving, met daar bovenop slechte naleving van en slechte controle op die gebrekkige regelgeving. Dus door het niet voorhanden zijn van de juiste instructies aan deze mensen lieten zij het leven. Onnodig. Geen levensreddende adequate voorlichting en informatie aan hen verschaft. "Einfach Schlamperei", zei een Duitse collega vuurwerkhandelaar op de Duitse TV.